Old Fettercairn

Fettercairn, Kincardineshire. Eigendom van Whyte & Mackay Distillers Ltd.

Gesticht in 1824 was Netermill, zoals de distilleerderij aanvankelijk werd genoemd, de tweede distilleerderij die na de '1823 Act' een licensie kreeg.

Fettercairn wil zoveel zeggen als hoge heuvel.

De distilleerderij stond aanvankelijk twee mijl hoger de helling van de Cairn '0 Mount op, één van de Grampian Hills.
Fettercairn werd gesticht door de van Brechin afkomstige gebroeders Guthrie.

Op 8 Augustus 1832 kwamen er nieuwe ketels van het Shand's type, dit waren ketels die gelijkenis vertoonden met de Saintmarc ketels, en later in onbruik raakten.
De Lomond ketels, zoals later in gebruik in de distilleerderijen Loch Lomond, Scapa, Glenburgie en Miltonduff lijken/leken op deze ketels.

Men kon in deze ketels, waarvan de hals van de pot still ketel was vervangen door een systeem van platen, waar op de spirit op verschillende niveau's kon worden afgetapt, zodat de spirit meer of minder smaak kreeg.

In 1887 werd de Fettercairn Distillery Co gevormd met Sir John Gladstone als directeur, een lokale landeigenaar en vader van de latere liberale staatsman William Gladstone, die ook verantwoordelijk was voor de 'Spirits Act' van 1860.

In 1887 werd Fettercairn getroffen door een grote brand en het was pas in 1890 voor de produktie weer werd opgestart.

Fettercairn was gesloten van 1914 tot 1939.

In 1939 werd de distilleerderij gekocht door The Associated Scottish Distillers Ltd, onderdeel van Train & Mclntyre, op hun beurt het eigendom van The National Distillers of America, die via Joesph Hobbs distilleerderijen opkochten om na de beëindiging van de drooglegging in Amerika, Schotse whisky daar te gaan leveren.

Na de tweede wereldoorlog was Fettercairn tot 1971 het eigendom van Tom Scott Sutherland, toen de distilleerderij werd overgenomen door Hay & MacLeod & Co en W. & G Strong & Co, deel uitmakend van Whyte & Mackay, ook de eigenaars van Dalmore en Tomintoul.

Fettercairn is uitgebreid in 1966 en heeft nu vier met stoom verhitte ketels, twee Wash stills van elk 12.800 liter en twee Spirit stills van elk 12.800 liter.
De hals van de Spirit stil wordt tijdens het lopen van de middle cut met water gekoeld, zodat men een zuiverder spirit verkrijgt.
Er staat één Mash tun van 4,64 ton en negen Wash backs van elk 25.600 liter. Het gebruikte water komt van de Grampian Mountains. De capaciteit is 1,3 miljoen spirit per jaar. In 1989 wordt er een bezoekerscentrum gebouwd.

In October 1991 deed American Brands, eigenaar van Whyte & Mackay een mislukt bod op Invergordon Distillers van € 350.000.000 en op 15 October 1993 sloot American Brands zijn jarenlange jacht op Invergordon af met het bekend maken, zijn belang in Invergordon te hebben vergroot van 41,2 % tot 54,7 % en brengt een bod uit op de resterende aandelen.

De geboden prijs waardeert Invergordon op € 382,4 miljoen dat is ƒ 1,05 miljard.
De omzet van Invergordon was in 1992 € 85.000.000, die van Whyte & Mackay € 150.000.000. in datzelfde jaar.

In 1995 sluit Whyte & Mackay de distilleerderijen Bruichladdich, Tamnavulin en Tullibardine (tijdelijk ?), de distilleerderijen van de overgenomen Invergordon groep.

De Invergordon Grain distilleerderij blijft geopend, alsmede Isle of Jura.

In 1996 werden Whyte & Mackay en Invergordon ondergebracht bij J B B Greater Europe Pic.
Tomintoul wordt in Juli 2000 verkocht aan de blenders Angus Dundee.

Bruichladdich wordt op 19 December 2000 verkocht aan een groep financiers onder de lei-ding van Murray McDavid Ltd.

In October 2001 wordt het Schotse deel van J B B Greater Europe Pic verkocht aan een groep Schotse investeerders met de naam Kyndal International.

Manager van Kyndall International wordt

Brian Magson.
Vijftien maanden later verlaat

Brian Magson Kyndall International,

Dit als gevolg van een meningsverschil

met de Duitse West L B bank, de financier

van Kyndall International.
De omzet in het eerste jaar na de aankoop was

€ 157.2 miljoen, de winst € 20.6 miljoen.

Er werden 9,3 miljoen dozen whisky verkocht.
Kyndall International heeft 750 medewerkers.

1824  

1825   

1830   

1887   

1890   

1912   

1926   

1960   

1973   

1974  

1988   

1989   

1996   

2001   

2002   

2003   

2007  

2009

2010

2012

2015

2018

old

2019

The work would include a 60s expansion to the ground of first floor of the distillery - which would result in an increase of production.
In a report to planners, Ian Gallacher of property consultant GVA James Barr, said the works would have an economic benefit for the village of Fettercairn, near Laurencekirk in Aberdeenshire.
He said: "Overall, the package of works will redevelop the distillery and offer more opportunities and tourism activity.

"In line with the principles of the Local Development Plan, the increase in production which the proposed works will allow, will increase investment in the local area and enhance the visitor opportunities for those members of the public touring the facility."

The project will also see work to the building's interior.
Mr Gallacher added: "The building currently operates as a successful distillery as it has done since 1824, therefore the principle of an extension to this existing building, is in our position acceptable."